Op de tafel ligt een kaartspel, aan elke zwarte kaart is er een bepaalde opdracht of een spel aangekoppeld. De leden moeten om de beurt een kaart omdraaien. Het lid dat als eerste de opdracht goed voltooid, krijgt een punt. Wie op het einde van het kaartspel het meeste punten heeft verzameld, wint!
We beginnen makkelijk, met maar enkele kaarten met een opdracht aan gelinkt. Maar hoe verder het spel, hoe meer opdrachten er zijn waar de leden rekening mee moeten houden
De kaarten
Aas (1): Fluo-hesje aandoen:
De leiding heeft een fluo-hesje verstopt op het terrein, wie dit als eerste aan heeft, wint!
2: Liedjes battle:
Het lid dat de kaart heeft omgedraaid zegt een thema, de leden moeten nu elk om beurt een liedje zeggen in het gezegde thema. Wie er geen weet of eentje zegt die al is geweest, valt af. Wie het langste overblijft, wint!
3: Bottle-flip:
Het lid dat als eerste een bottle-flip kan doen met de kegel, wint!
4: Pompen:
Wie als eerste 10 keer kan pompen, wint!
5: Kaartenhuisje:
Wie als eerste een kaartenhuisje van 2 verdiepingen kan bouwen, wint!
6: Tikkertje:
Het lid dat de kaart heeft omgedraaid, is de tikker. Wie als eerste getikt wordt, verliest een punt. Wie als laatste getikt wordt, wint!
7: Vloer is lava:
Het lid dat als laatste de vloer niet meer raakt, verliest een punt.
8: Voetbal:
Het lid dat als eerste een goal scoort met de bal, wint!
9: Stoelendans:
Op het terrein staat een stoel, wie als eerste op die stoel zit, wint!
10: Tien-tellen-in-de-jungle:
Het lid dat de kaart heeft omgedraaid begint te tellen, wie als laatste overblijft, wint!
Boer: Boom knuffelen:
Wie als eerste een boom knuffelt, wint!
Dame: Sjaaltjes:
Wie als eerste een sjaaltje van elke afdeling tot bij de leiding brengt, wint!
Koning: Blauw voorwerp:
Wie als eerste een blauw voorwerp tot bij de leiding brengt, wint! Is dat voorwerp al eens gebracht? Dan verliest dat lid een punt en kan de rest nog steeds proberen.
Materiaal
Fluohesjes, Kegels (één per lid), Kaartspel (één volledig en één extra), Bal, Stoel
