De kers op de taart

De kers op de taart

Speluitleg

De rakwi’s zijn niet allemaal koekjes van hetzelfde deeg. Soms heeft de leiding wel een appeltje met hen te schillen en moeten ze wat water bij de wijn doen. In dit spel worden de rakwi’s op een ludieke manier ondergedompeld in een bad van taal.

SAMENVATTING

Verdeel de rakwi’s in twee ploegen. Het is de bedoeling dat ze op het einde van het spel een spreekwoord kunnen raden. Door middel van opdrachten kunnen ze tips verzamelen. Bij elke opdracht spelen de teams tegen elkaar. De ploeg die wint, krijgt een woord. De ploeg die verliest, krijgt een kauwgom. De ploeg die op het einde van het spel het spreekwoord juist kan uitspreken, wint. Alleen: ze mogen het spreekwoord niet zomaar komen zeggen. Eén iemand van de ploeg moet dat doen, met alle kauwgom in de mond die de ploeg tijdens de opdrachten vergaard heeft. Jawel.

SPELVERLOOP 

Indeling in teams

Verdeel de ploegen op een leuke manier. Laat de rakwi’s op naam in alfabetische volgorde gaan staan. Ze moeten dat doen zonder te praten. De eerste helft vormt ploeg A, de andere helft ploeg B.

De opdrachten

Hieronder staan voorbeelden van opdrachten gekoppeld aan spreekwoorden over eten. Hebben jullie meer tijd, zoek dan nog enkele spelletjes die jullie kunnen koppelen aan spreekwoorden. Afhankelijk van het aantal rakwi’s en het aantal opdrachten kies je het spreekwoord dat ze uiteindelijk moeten vinden. Kies voor een kort als je weinig tijd hebt.

Water bij de wijn doen: Beide ploegen vormen een rij. Zet aan het begin van elke rij een emmer water, aan het einde een lege emmer. De rakwi’s moeten gaan zitten. Het is de bedoeling de lege emmer zo snel mogelijk te vullen. De eerste rakwi van de rij vult een beker met water, klemt die tussen zijn of haar voeten en geeft die zo door tot de laatste rakwi in de rij het water in de emmer kan gieten. Wie na tien minuten het meeste water in de emmer heeft, wint. Zij krijgen een woord van het spreekwoord, de verliezers een stukje kauwgom.

De appel valt niet ver van de boom: De rakwi’s gaan in een kring zitten. Leg in het midden van de kring enkele kledingstukken, bijvoorbeeld een jas, een sjaal, een muts en handschoenen. Leg ook een appel op een bordje, met een vork en een mes erbij. Beide ploegen moeten een rakwi naar het midden sturen, waar zij om de beurt een luciferdoosje in de lucht gooien. Wie de bovenzijde van het doosje als eerste van boven kan doen landen, moet vliegensvlug alle kledingstukken aantrekken en mag daarna met mes en vork stukjes van de appel beginnen te eten. Ondertussen wordt het luciferdoosje doorgegeven in de kring. Om de beurt mag elke rakwi in de kring het doosje in de lucht gooien. Als het doosje opnieuw met de bovenzijde naar boven landt, mag die rakwi naar het midden. De vorige speler moet dan onmiddellijk alle verkleedkleren uittrekken en weer op zijn of haar plaats gaan zitten. De rakwi die de laatste hap van de appel doet, schenkt zijn of haar ploeg de overwinning en dus een nieuw woord.

Iemand iets inpeperen: Laat de rakwi’s geblinddoekt verschillende kruiden proeven. De ploeg die de meeste kruiden juist raadt, wint.

Men moet de kat niet aan de kaas laten komen: Eén rakwi van elke ploeg gaat apart staan. Zet de anderen in rijen. Als zij bijvoorbeeld met achttien zijn, maak je vier rijen van vier rakwi’s. Iedereen gaat nu zo staan dat ze met gestrekte armen de vingertoppen van degenen naast hen, voor hen en achter hen net kunnen raken. Alle spelers in de rijen gaan met hun gezicht in dezelfde richting staan en houden hun armen gestrekt zodat er gangen gevormd worden. Nu lopen de twee rakwi’s die niet in de rijen staan door de gangen. De ene (de kat) moet de andere (de kaas) proberen te tikken. Als de leiding fluit, moet iedereen die deel uitmaakt van de gangen zich 90° naar links draaien zodat de gangen van richting veranderen. Dat herhaalt zich tot de tikker zijn of haar prooi heeft kunnen aantikken. Dan draaien de rollen om. Na exact vijf minuten stopt het spel. De ploeg van de rakwi die op dat moment de tikker is, wint. Herhaal dat drie keer.

Droog brood moeten eten: Geef één rakwi van elke ploeg een lange zin op papier. De andere rakwi’s gaan nu per ploeg in een cirkel zitten. Het is de bedoeling dat ze de zin doorzeggen en dat de laatste in de cirkel de zin juist kan herhalen. Voor ze de zin mogen doorzeggen, moeten ze eerst zo snel mogelijk drie droge beschuiten eten. In deze opdracht vallen er twee woorden te verdienen: een woord voor de snelste groep, en een woord voor de groep die de zin correct kan herhalen. Er zijn dus ook twee stukken kauwgom te vergaren.

De kers op de taart!: Wanneer alle opdrachten doorstaan zijn, krijgen de rakwi’s tijd om het spreekwoord te raden. Nadat ze het spreekwoord gevonden hebben, mag één iemand van elke ploeg mét kauwgom in de mond het spreekwoord opzeggen. De ploeg die het spreekwoord juist heeft én dat het beste kan uitspreken, wint. Om de namiddag af te sluiten kunnen jullie samen met de rakwi’s nog een wedstrijdje ‘wie blaast de grootste kauwgombel’ houden.

Organisatie
Chirojeugd Vlaanderen

Leeftijd

10
tot
12 jaar
Intensiteit
matig