Trendy titofeestje

Trendy titofeestje

Speluitleg

Tip: Zoek een oud kaartspel (dat niet meer volledig is). Knip de broekzakkaarten uit en kleef ze op de speelkaarten. Zo heb je stevige en mooie kaarten om dit spel mee te spelen.

Het spel verloopt in terugkerende fasen met rustige en actieve spelmomenten.

We zitten met de tito’s op een exclusief feestje voor beroemdheden. Het is heel belangrijk dat we opvallen. Dat doen we natuurlijk door uniek en trendy te zijn, maar de trends veranderen bliksemsnel. Het doel van het spel is om een leuke, knotsgekke namiddag te beleven en zo uniek mogelijk te zijn. De tito’s kunnen geen punten verzamelen en spelen ook niet in vaste ploegjes.

Inkleding

Voorzie een verkleedkoffer met leuke kleren en attributen om helemaal uit de bol te gaan op je beroemdhedenparty. Telkens wanneer jij de trendsetter wordt, mag je in de verkleedkoffer duiken om er iets trendy uit te halen (ook een oma-vestje kan weer hip worden als jij dat bepaalt – geef toe dat beroemdheden soms rare dingen aantrekken). Als je een volgende keer trendsetter wordt, kun je oudere kleren ook weer uittrekken.

Kleed je lokaal in als dé place to be! Zorg ervoor dat beroemdheden zich er thuis voelen. Denk aan een rode loper, hoge tafeltjes en barkrukken. Kortom: alles wat chic is en een hoog receptiegehalte heeft, verdient een plaatsje in je lokaal.

Trendsetter?

De trendsetter heb je nodig om het spel te kunnen opstarten. Kies willekeurig een tito die als eerste die rol opneemt.

Spelrondes

Het spel bestaat uit (maximaal) vijf rondes. Na elke ronde kun je het spel beëindigen. Elke ronde bestaat uit zes spelfasen. Een overzicht vind je op een broekzakfiche. Hieronder beschrijven we ze uitgebreid.

Fase 1: kies een spelfiche en dos je uit

Bij aanvang van het spel zijn er vijf spelfiches. De trendsetter trekt er een. Daarop vind je enkele elementen:

  • De naam van het actieve spelmoment
  • Het aantal ploegen dat je nodig hebt. (Je zult merken dat je de spelen ook met een kleine afdeling kunt doen. Het is al voldoende als twee tito’s samen een ploegje kunnen vormen. Met een grote titoploeg kun je meerdere ploegen maken.)
  • Trends die je tijdens het spel kunt volgen

De trendsetter mag ook trendy kleren aantrekken (of kleren uit een vorige fase weer uittrekken). Het is niet belangrijk hoeveel kleren de tito’s uitkiezen. Het doel van het spel is immers om lekker gek te doen en er uniek uit te zien!

Fase 2: ploegindeling

Verdeel je tito’s in het aantal ploegen dat je nodig hebt. Dat aantal staat op de spelfiche. Gebruik telkens eenvoudige visuele kenmerken. Verdeelsleutels vind je op een handige broekzakfiche.

Fase 3: Trendsspel

De verschillende trendy ploegjes nemen deel aan het kaartspel Trends. Het doel is om zoveel mogelijk trends te ontdekken. De tito’s spelen individueel, maar de punten worden aan het einde per ploeg opgeteld. Het kaartspel is gebaseerd op het gezelschapsspel SET.

Speluitleg

Op 27 spelkaarten staan ventjes getekend. De ventjes zijn uniek, maar ze hebben enkele vergelijkbare kenmerken:

  • Ze dragen allemaal kleren: een hemdje, een salopette, of een trui met kap.
  • Hun kleren hebben een bepaalde kleur: blauw, geel of rood.
  • Hun kleren hebben ook een specifieke print: effen gekleurd, gestreept of met bollen.

Er worden 9 spelkaarten op tafel gelegd. De tito’s proberen om het snelst een trend te zien – zie verder. Als je een trend gevonden hebt, roep je luid “Trend!”. Nu mag jij aan de anderen uitleggen met welke kaartjes je een trend vormt. Is het juist, dan mag je de kaartjes bijhouden en scoor je een punt. Had je het verkeerd, dan moet je een beurt overslaan (= tot iemand anders “Trend!” geroepen heeft).

Wanneer er drie kaarten weg zijn, worden de gaten weer opgevuld met nieuwe kaarten. Als niemand een trend ziet, worden er drie extra kaarten op tafel gelegd. Wanneer alle kaarten uitgespeeld zijn en niemand nog een trend ziet, wordt het spel beëindigd. De ploeg met de meeste punten is de trendsetter in de volgende fase.

Wat is een trend in dit kaartspel? Wanneer mag je “Trend!” roepen?

  • Als binnen elk kenmerk (kledingstuk, kleur, patroon) alle ventjes in de reeks ofwel volledig gelijk zijn aan elkaar (bv. Alle drie rode kleren) ofwel volledig verschillen van elkaar (bvb. 1 rood ventje, 1 geel en 1 groen). Het volstaat dus niet dat alle ventjes rode kleren met bolletjes aan hebben als er twee gekleed zijn in een hemdje en één in een salopette. In dit voorbeeld moeten de ventjes elk een ander kledingstuk aan hebben (hemdje, trui en salopette) of allemaal hetzelfde aan hebben.
  • Als alle ventjes minstens gelijk zijn op één kenmerk. Anders kunnen we natuurlijk niet van een trend spreken!

Fase 4: kies een trend en dos je uit

De ploeg die de meeste trends vond tijdens het Trendsspel is de nieuwe trendsetter. Alle tito’s van die ploeg mogen iets leuks uit de verkleedkoffer kiezen of oudere kleren weer weg leggen. Ze mogen nu ook kiezen welke trend de andere ploegen moeten volgen bij het actieve spel. De keuzemogelijkheden staan op de spelfiche. Aangezien die tito’s echte trendsetters zijn, volgen zij de trend zelf natuurlijk niet meer maar experimenteren ze met nieuwe dingen. Als de ploeg slim kiest, kan de trend het spel voor de andere ploegen dus moeilijker maken. Of gewoon heel grappig. Let erop dat je het spel uitlegt voor de trendsetters een trend kiezen.

Fase 5: speel het spel met de gekozen trend

Hier beschrijven we de vijf spelen die je terugvindt op de spelfiches. De speluitleg van elk spel en het materiaal dat je nodig hebt, vind je ook terug op broekzakformaat.

Tienbal

Speluitleg: Twee of meer ploegen spelen tienbal. Je ploeg krijgt een punt als je met een bal tien passen hebt gegeven binnen je ploeg. Als de bal valt of als een andere ploeg de bal overneemt, dan beginnen we weer van nul te tellen.
Aantal ploegen: twee (of meer)
Trends

  • Oorbellentrend: Je voelt de hele tijd met je rechterhand aan je linkeroorlel om zeker te zijn dat je grote dure oorbel blijft hangen.
  • Handjesschuddentrend: Hoe vriendelijker je tegen iedereen bent, hoe meer kans je hebt om een nieuw contract in de wacht te slepen. Als je iemand kruist in een straal van een meter, dan zeg je goedendag en geef je elkaar een hand.
  • ‘The sky is the limit’-trend: Als je team een nieuw contract binnenhaalt, zijn jullie dolenthousiast en til je elkaar knuffelend de lucht in. Als je ploeg een punt scoort, tilt elke speler van de ploeg de anderen dus even op.

Materiaal: bal

Handjeklap

Speluitleg: Ga in een kring zitten en leg je handen voor je. Je kruist je handen met die van je buren. Zo komen er dus twee handen tussen de jouwe te liggen. Alle handen in de kring moeten om beurten op de grond klappen. Wie zich vergist (bv. klappen met de verkeerde hand of op het foute moment), is die hand kwijt en speelt verder met een hand minder in de kring. Als iemand twee keer klapt met één hand draait de richting. Bij drie keer klappen met één hand sla je de volgende hand over.
Aantal ploegen: individueel
Trends

  • - ‘Da robot’-trend: Je hebt net meegespeeld in een sciencefictionfilm en je spreekt als een robot.
  • - Agendatrend: Je hebt je agenda meteen bij de hand als iemand wat met je wil regelen. Maar zorg ervoor dat je hem nergens laat liggen! Hou een pen in je rechterhand, en speel die niet kwijt.
  • - ‘Nieuwe vlam spotten’-trend: Beroemdheden zoeken voortdurend een nieuw knap lief, liefst ook een beroemdheid. Als iemand je in de ogen kijkt, doe je een korte liefdesverklaring.

Materiaal: Agendatrend: balpennen

1-2-3 kruisvlaggenroof

Speluitleg: Twee of meer spelers/ploegen starten in hun kamp achter een lijn. Aan de andere kant van het terrein staat de teller en ligt er een vlag. Terwijl de teller “1-2-3 kruisvlaggenroof” roept, mogen alle tito’s naar de vlag lopen. Het doel van het spel is om de vlag in je kamp te krijgen. Net als bij 1-2-3 piano mag je niet bewegen als de teller klaar is met roepen en zich omdraait. Iedereen laat op dat moment ook de vlag los. Wie de vlag toch nog vastheeft of nog beweegt, moet terug naar de beginlijn. Je kunt ook enkele grote voorwerpen op het terrein zetten, zodat de tito’s zich kunnen verstoppen en sluipen.
Aantal ploegen: twee of meer (individueel is ook mogelijk)
Trends

  • Champagnetrend: Je schuimt de receptie af met een glas champagne in de hand. Dat glas wordt geregeld bijgevuld. Speel het spel met een bekertje water in de hand. Als je beker meer dan half leeg is, moet je het bijvullen.
  • Korte-rokjestrend: Op het feest lopen heel wat beroemdheden in een kort rokje rond. Die vrouwen bestudeer je grondig! Telkens wanneer iemand in je buurt (in een straal van 1 meter) de benen ontbloot, ga je even op je rug op de grond liggen.
  • Gsm-trend: Je loopt de hele tijd bellend rond om met andere vrienden te roddelen over wie je op het feest tegenkomt. Je hebt een bierkaartje in je hand en houdt dat gedurende het hele spel tegen je oor.

Materiaal:

  • vlag
  • champagnetrend: bekertjes, emmer water
  • gsm-trend: bierkaartjes

Achtervolgtikkertje

Speluitleg: Op het speelveld staan twee parallelle lijnen (A en B). Iedereen staat achter lijn A. Een tito loopt richting lijn B en roept een naam van iemand die nog achter lijn A staat. Als de eerste tito voorbij lijn B is, mag de tito van wie de naam geroepen is er achteraan lopen en proberen de eerste tito te tikken. Ook die tito roept tussen lijn A en B de naam van een andere tito. Enzoverder. De laatste kan getikt worden door de eerste. Je verdient een punt als je degene voor je tikt en als je aan het einde van de ronde nog ‘leeft’. Speel dit spel verschillende keren en tel je punten op.
Aantal ploegen: individueel
Trends

  • - Jumptrend: Het springende dansgenre doet zijn intrede op je feest. Je ‘jumpt’ en springt (op 1 of 2 benen) tijdens het hele spel.
  • - ‘Show de beker’-trend: Als je de prijs voor beste/mooiste/grappigste/enz. Beroemdheid op het feest wint, pronk je opvallend met je beker. De wisselbeker wordt doorgegeven tijdens het spel. Wie de beker krijgt, moet hem in de lucht houden.
  • - ‘Heb je me gezien?’-trend: Je probeert met iedereen kennis te maken. Telkens Wanneer iemand “helaba” naar je roept, stap je er even naartoe en stel je jezelf voor met “Yo, ik ben…”

Materiaal:

  • - 2 lijnen
  • - wisselbeker

Koningsstoel

Speluitleg: Zet voor elke ploeg een stoel op het terrein. Elke ploeg duidt een koning(in) aan. De tito’s proberen te ontdekken wie de koning(inn)en zijn van de vijandige ploegen door spelers op hun eigen stoel te krijgen. Wie op de stoel zit, moet zeggen of hij of zij koning(in) is of niet.
Aantal ploegen: twee of meer
Trends

  • - Hogehakkentrend: Je hebt je uitgedost met hoge hakken. Loop tijdens het spel op de tippen van je voeten.
  • - Fototrend: Als de fotografen in de buurt zijn, wil jij mooi op de foto staan. Als iemand “foto” naar je roept, draai je je om en kijk je naar die persoon. Toon je mooiste tandpastaglimlach en zeg “klik”. Zo is de foto gemaakt en kun je verder spelen.
  • - Nagellaktrend: Voor het feest heb je snel nog je nagels gelakt. Helaas zijn ze nog niet helemaal droog, dus moet je erg opletten en je vingers goed strekken! Je krijgt tijdens dit spel tape rond de vingers van je beide handen.

Materiaal:

  • - 2 stoelen
  • - tape

Fase 6: Nieuwe trendsetter

De ploeg die het actieve spel wint, wordt de nieuwe trendsetter. Na fase 6 begint een nieuwe spelronde. We beginnen opnieuw bij fase 1. 

Materiaal
kaartjes, stoelen, tape, bierkaartjes, wisselbeker, lijnen, water, bekertjes, bal
Organisatie
Chirojeugd Vlaanderen

Leeftijd

12
tot
14 jaar

Aantal spelers

4
tot
20 spelers
Duur
120 minuten
Aantal groepen
1 groep
Intensiteit
matig